Nederland, Duitsland, Europa: de Dag van de Vrede in Münster
Op 15 mei jl., de dag dat het 375-jarige jubileum van de Vrede van Westfalen werd gevierd, spraken de ambassadeurs van Nederland en Duitsland tijdens een symposium van het Zentrum für Niederlande-Studien (ZNS) in Münster over hun diplomatieke activiteiten. Ervaren historici gaven bovendien uitleg over de effecten van dit vredesverdrag, die tot op de dag van vandaag nog voelbaar zijn. Daarnaast nam de nieuwe directeur van het Zentrum für Niederlande-Studien, dr. Jacco Pekelder, de gasten tijdens zijn inaugurele lezing mee op een reis door de tijd.
Op 15 mei 1648 werd in Münster een vredesverdrag getekend tussen Spanje en de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Hiermee kwam de Tachtigjarige Oorlog ten einde en werd de Republiek internationaal als soevereine staat erkend. Tegelijkertijd kwam er ook een einde aan de Dertigjarige Oorlog, waarbij veel andere Europese landen betrokken waren geraakt. Ter gelegenheid van dit jubileum kwamen talrijke belangstellenden, waaronder veel Utrechtse studenten die met een grote delegatie waren meegereisd, bijeen in het raadhuis van Münster. Zij kregen een gevarieerd programma aangeboden met lezingen van en debatten tussen hooggeplaatste politici en historici uit verschillende landen.
Vredesvuur komt aan in Münster
Tien dagen eerder, op 5 mei, werd in Zwolle in aanwezigheid van Hendrik Wüst, minister-president van Noordrijn-Westfalen, en de Nederlandse minister-president Mark Rutte het Bevrijdingsvuur ontstoken. Dit werd door diverse lopers door verschillende Nederlandse en Duitse steden gedragen en kwam voor de bijeenkomst aan op de binnenplaats van het stadhuis van Münster. Met de fakkel werd een symbolische vredeskaars aangestoken.
Ambassadeurs geven inkijkje in diplomatieke werkzaamheden
De twee hoogste regeringsfunctionarissen uit Nederland en Duitsland beten het spits af in het raadhuis van Münster. De Nederlandse ambassadeur Ronald van Roeden en zijn Duitse ambtgenoot dr. Cyrill Jean Nunn spraken over het diplomatieke werk in Europa en tussen beide landen. Onder de titel ‘Diplomatie en veiligheid in het huidige Europa: hebben we een Westfaalse Vrede 2.0 nodig?’ debatteerden zij samen met prof. dr. Jacco Pekelder van het Zentrum für Niederlande-Studien over de vraag in hoeverre een vergelijkbare maar aangepaste oplossing als 375 jaar geleden ervoor kan zorgen dat er een einde komt aan de oorlog in Oekraïne.
Beiden prezen het in Münster gevestigde Duits-Nederlandse militaire korps en lichtten de relevantie van een goede samenwerking tussen beide landen in tijden van oorlog op het eigen continent toe. Daarbij waren ze het erover eens dat Nederland vaak als ‘versneller’ fungeert, bijvoorbeeld toen het besluit van Nederland om gevechtstanks aan Oekraïne te leveren ook bondgenoot Duitsland het beslissende zetje gaf.
Beiden benadrukten het belang om als sterke partners te blijven optreden, samen met de andere bondgenoten.
Invloed van de Vrede van Westfalen
Na de inzichten van de diplomaten betraden historici uit Nederland, Duitsland en de Verenigde Staten het podium. Zij verbonden de relevantie van het Vredesverdrag met andere markante gebeurtenissen en lichtten de invloed ervan toe.
Dr. Justus Nipperdey van de Universität des Saarlandes verwees in zijn lezing naar de vroege Nederlandse Republiek en lichtte haar positie als grootmacht in Europa toe. In de tweede lezing noemde Beatrice de Graaf, hoogleraar aan de Universiteit van Utrecht, indicatoren waarom het Vredesverdrag van 1648 zo belangrijk was voor het huidige, sterke Europa. Ook lichtte zij de veranderende veiligheidsstructuur in Europa rond 1848 toe, waarbij zij verwees naar het systeem van het Congres van Wenen en hoe de resultaten daarvan in de loop van de 19e eeuw onder druk kwamen te staan voordat het werd vervangen door het systeem gebaseerd op naties van voor de Eerste Wereldoorlog.
De tweede historicus van de Universiteit Utrecht, dr. Jorrit Steehouder, lichtte in zijn bijdrage de vroege visies op Europese eenheid toe en ging expliciet in op de ideeën van de Benelux-landen, die zij vanuit hun ballingschap na de Tweede Wereldoorlog uitwerkten.
Het symposiumblok werd afgesloten door professor Bruce Schulman van Boston University. Hij legde een verband tussen de voorbeeldfunctie van de vredesbesprekingen van 1648 en die na de val van de Sovjet-Unie. Hij nam de aanwezige gasten mee terug naar het tijdperk na de Koude Oorlog en legde uit hoezeer de VS zich na 1990 voor de veiligheid in Europa hebben ingezet. Hij verwees in het bijzonder naar het bezoek van Bill Clinton aan Duitsland in 1998 en wat dit betekende voor het Amerikaanse engagement in Europa.
Professor Jacco Pekelder houdt inaugurele lezing
Het laatste agendapunt van deze Duits-Nederlandse dag in Münster was de inauguratie van prof. dr. Jacco Pekelder. De Nederlandse historicus is sinds 2021 de nieuwe directeur van het Zentrum für Niederlande-Studien in Münster. In een interessante lezing recapituleerde de 56-jarige de eeuwen vanuit historisch perspectief.
De rode draad van zijn lezing was echter niet de relatie tussen Nederland en Duitsland. Pekelder benadrukte dat het gaat om een driehoeksverhouding tussen Nederland, Europa en Duitsland. Hij nam de gasten mee op een reis door de tijd die 375 jaar geleden begon in het raadhuis van Münster. Daartoe las hij voor uit de Nederlandse kronieken, die de gebeurtenissen van toen weergeven. Vervolgens koppelde hij de positieve woorden uit de geschriften aan het duidelijke contrast in het jaar 2023: "Wat zou het mooi zijn als de oorlog van Poetin nu ook voorbij zou zijn."
Pekelder lichtte de driehoeksverhouding toe aan de hand van drie verschillende data. Allereerst natuurlijk aan de hand van vredesjaar 1648, toen "de interne Duitse orde verweven raakte met de Europese politiek."
Als tweede pijler noemde Pekelder het jaar 1848, waarin talrijke nationaal-bilaterale opstanden de politieke participatie in alle lagen van de maatschappij vergrootten en de pers zich als vierde macht vestigde. Daardoor verschoof de politieke en maatschappelijke orde van Europa opnieuw.
Als laatste wierp hij een blik vooruit naar het jaar 2048, waarbij Pekelder zich afvroeg of de "sterke ideologische polarisatie en extreme emotionalisering" zouden blijven toenemen, of dat de positieve trend van na de Koude Oorlog zou aanhouden. Ondanks de vele uitdagingen die voor ons liggen, is Pekelder positief over de Europese toekomst en vooral over de driehoeksverhouding tussen Nederland, Europa en Duitsland.
Copyright foto's: Münster Marketing / Ralf Emmerich