Project LIFE CrossBorderBog Aamsveen - Hündfelder Moor officieel van start
Met het Nederlands-Duitse samenwerkingsproject LIFE CrossBorderBog Aamsveen - Hündfelder Moor zetten partnerorganisaties uit Nederland en Noordrijn-Westfalen zich in voor het herstel van hoogveen en veenbossen langs de Nederlands-Duitse grens tussen Enschede en Ahaus. Tot 2029 zullen in het Nederlandse Aamsveen en het Duitse Hündfelder Moor in Kreis Borken maatregelen worden genomen om het hoogveen natter te maken en het zoveel mogelijk in zijn natuurlijke staat terug te brengen. Op 16 september 2024 gaven de Noordrijn-Westfaalse minister van Milieu Oliver Krischer en de projectpartners het startsein voor het project.
Twee namen, één gebied
Vóór de turfwinning vormden Aamsveen en Hündfelder Moor een gezamenlijk hoogveengebied. Het LIFE-project is gericht op de ontwikkeling van ongeveer 100 hectare levend hoogveen. Daarnaast moet er meer dan 20 hectare aan veenbos en andere veen- en waterhabitats worden gecreëerd. Daarvan profiteren diverse dier- en plantensoorten als de heikikker, zonnedauw en vogels als de nachtzwaluw en de blauwborst. Om de leefgebieden weer terug te brengen in een bijna-natuurlijke staat en natuurlijke watervoorraden op te bouwen, moeten in overleg met landeigenaren en -gebruikers dammen worden gebouwd om water vast te houden, oude afwateringbeken worden afgesloten en uitheemse vegetatie worden verwijderd om verdamping te verminderen.
De Overijsselse gedeputeerde voor Landbouw en Natuur, Maurits von Martels, legt uit hoe belangrijk veengebieden zijn: “In veengebieden leven veel verschillende planten en dieren, die allemaal een belangrijke rol spelen in het ecosysteem. Veengebieden slaan ook veel koolstof (CO₂) op en werken als natuurlijke buffers voor water. Door de jaren heen zijn veel van deze gebieden beschadigd. Met dit project willen we ze herstellen, zodat we de natuur kunnen beschermen en onze klimaatdoelen kunnen halen.”
Partners
Het project wordt uitgevoerd door Nederlandse en Duitse partners, waaronder de provincie Overijssel, met Landschap Overijssel en Biologische Station Zwillbrock als de uitvoerders in het veld. Andere betrokken partijen zijn de Stiftung Natur und Landschaft Westmünsterland en het Umweltministerium van Noordrijn-Westfalen. De financiering komt van het LIFE-programma van de Europese Unie, met een totaalbudget van bijna 13 miljoen euro, waarvan 9 miljoen uit de LIFE-subsidie. Dit Europese programma ondersteunt projecten die werken aan natuurherstel en de aanpak van klimaatverandering.
